Het zijn moeilijke tijden voor de luchtvaart. Mensen vliegen minder vanwege de dreiging van terroristische aanslagen, economische recessie en de ziekte sars. Voor de gerenommeerde nationale luchtvaartmaatschappijen komt daar ook nog de moordende concurrentie van de prijsvechters bij.
Voor KLM betekenen deze moeilijke tijden dat er gereorganiseerd gaat worden en daarbij zijn gedwongen ontslagen niet te vermijden. In het onlangs verschenen duurzaamheidsverslag wordt weinig verteld over de op handen zijnde bezuinigingen en de consequenties daarvan voor de mensen van KLM. Cees van Woudenberg, directielid van KLM, geeft toe dat het op het eerste gezicht wat vreemd aandoet. ‘Er zit niets achter. Het is gewoon een logistieke kwestie. De tekst voor dit duurzaamheidsverslag moest klaar zijn voordat bekend was wat er op sociaal gebied allemaal ging gebeuren. Volgend jaar zal ons verslag daar uitgebreid over berichten.’
Hoe gaat een onderneming die maatschappelijk verantwoord ondernemen hoog in het vaandel heeft staan daarmee om? ‘Heel zorgvuldig’, zegt Van Woudenberg. ‘Maar het spreekt voor zich dat de continuïteit van de onderneming voorop staat. Daar staat de p van profit ofwel winst voor in de ’triple p’-benadering. De driehoek van people, planet en profit is moeilijk in balans te houden, maar wát we ook doen, onze keuze moet beargumenteerbaar zijn. En iedereen hier in huis heeft die discussie meegemaakt. Op individueel niveau is ontslag heel vervelend. We werken in het mobiliteitscentrum heel hard aan het herplaatsen van mensen. Want het mag duidelijk zijn: mensen hun baan te doen verliezen is geen doel op zich.’
Ondanks de grote inspanningen die KLM doet om een duurzame onderneming te zijn, weegt duurzaamheid niet mee bij de keuze voor een Europese partner. Volgens Woudenberg is dat niet zo vreemd: ‘De Europese luchtvaartmaatschappijen die voor een alliantie in aanmerking komen, zijn allemaal bezig met duurzaamheid. Jaren geleden zijn de grote maatschappijen met elkaar vergeleken en daar bleek uit dat Lufthansa, Swissair en wij tot de koplopers behoorden, maar alle grote luchtvaartmaatschappijen zijn zich bewust van de maatschappelijke weerstand tegen de nadelen van het vliegverkeer.’
Een groot probleem bij de verduurzaming van de luchtvaartindustrie zijn de verschillen in het speelveld. Van Woudenberg: ‘Goed gedrag wordt niet beloond. Wij vliegen met een heel moderne vloot. De vliegtuigen zijn stiller en veel efficiënter met brandstof. Dat laatste is voor ons een belangrijke economische overweging. Echter, stillere vliegtuigen betekent niet dat wij ook meer ‘slots’ krijgen op luchthavens: de regelgeving is niet ingericht op het belonen van ‘goed gedrag’.
Vaak gaan economie en maatschappelijk verantwoord ondernemen gelukkig hand in hand. De verschillen in het speelveld zijn ook groot door de kosten voor geluidsisolatie. Nederland heeft het meest omvangrijke isolatieprogramma ter wereld en is het enige land waar de isolatiekosten door de luchtvaartmaatschappijen worden betaald. Deze kosten blijken bovendien veel hoger te zijn dan oorspronkelijk geraamd. Helaas zijn er over de uitvoering van de geluidsisolatie veel klachten omdat de overheid zo’n rigide systeem heeft gemaakt. Hoewel KLM het grootste deel van de kosten draagt, zorgen deze tekortkomingen ervoor dat het beoogde effect, namelijk het vergroten van draagvlak voor de luchtvaart in de omgeving, niet of onvoldoende wordt bereikt.’
‘Maar het is nu eenmaal een feit dat we in een dichtbevolkt land opereren en we kritisch gevolgd worden. We gaan de dialoog niet uit de weg. Zo is KLM lid van de Commissie Regionaal Overleg Schiphol (Cros), een overlegorgaan dat in de plaats is gekomen van de Commissie Geluidshinder Schiphol.’
Het duurzaamheidsverslag van KLM is opvallend open over ziekteverzuim, WAO-instroom en de bedrijfsongevallen van vorig jaar. Van Woudenberg vindt dat vanzelfsprekend: ‘Bij een volwassen bedrijf hoef je de dingen die slecht gaan niet onder het kleed te schuiven. Ook bij ons gaat er wel eens wat mis en als het management dat ter ore komt, dan is belangrijk hoe zij ermee omgaan, dat is de lakmoesproef.’
‘Onze ervaring nu ook weer met een sars-incident aan boord, is dat onmiddellijk informeren en helder zijn het beste werkt. Mensen schrikken eerst, maar de tweede reactie is altijd positief. Dat is goed voor onze reputatie, en die is weliswaar niet direct in de beurskoers uit te drukken maar wel geld waard.’
Marleen Janssen Groesbeek