De programma’s van de andere partijen weerspiegelen de maatschappelijke discussie die vooral in 2001 over het onderwerp is gevoerd. De SER publiceerde het advies ‘De winst van waarden’ dat de overheid op MVO-gebied slechts een bescheiden rol toekent. Tachtig maatschappelijke organisaties onderschreven het manifest ‘Profijt van principes’ dat juist pleit voor een actief overheidsbeleid, vooral voor bedrijven die in het buitenland opereren. De Tweede Kamer sprak diverse keren met staatssecretaris Ybema over zijn plannen om verantwoord ondernemen te bevorderen. Ybema beloofde steun aan een onafhankelijk kenniscentrum, sociale en ecologische criteria bij het verstrekken van exportkredieten en -verzekeringen én een maatschappelijk verantwoord inkoop- en aanbestedingsbeleid van de overheid. Daarmee kwam hij voor een deel tegemoet aan de wensen van de ondertekenaars van ‘Profijt van principes’.
Twee belangrijke punten van het manifest ontbreken echter in het huidige beleid: verplichte rapportage van bedrijven over hun gedrag op het gebied van arbeid, milieu en mensenrechten én een actief beleid gericht op de totstandkoming van bindende internationale richtlijnen voor bedrijven. Wat vinden de politieke partijen daarvan? In de programma’s van de andere partijen zijn, evenals in de maatschappelijke discussie, twee benaderingen te onderscheiden. CDA en D66 hebben allebei een duidelijke voorkeur voor zelfregulering van bedrijven. ‘Convenanten hebben de voorkeur boven wetgeving’ meldt het CDA en D66 meent dat ‘verantwoord ondernemen zich slecht verhoudt tot het opleggen van verplichtingen’. D66 houdt nog wel een stok achter de deur door te dreigen dat ‘als bedrijven zich onvoldoende inspannen wetgeving onvermijdelijk zal zijn’.
PvdA en GroenLinks kiezen allebei voor een meer verplichtende benadering, vooral via internationale afspraken. De PvdA meldt: ‘Bedrijven worden via internationale publieke richtlijnen en ethische codes gebonden aan het bevorderen van arbeidsnormen, voedselveiligheid, milieubescherming en fatsoenlijk gedrag op het gebied van mededinging en belastingen’. GroenLinks wil de OESO-gedragscode over maatschappelijk verantwoord ondernemen – die nu vrijwillig is en ongeveer dezelfde normen bevat als de door de PvdA bepleite bindende richtlijnen – verplicht stellen voor multinationale ondernemingen. De ChristenUnie pleit ook voor maatregelen in internationaal verband ‘om het economisch verkeer te binden aan sociale en ecologische normen’. De SGP verwacht dat de overheid verantwoord ondernemen bevordert en ‘als achtervang fungeert voor gevallen waar eigen initiatief niet ver genoeg gaat’.
Moeten bedrijven al of niet verplicht worden om te rapporteren over de maatschappelijke aspecten van hun activiteiten in het buitenland? In een initiatiefwetsontwerp van PvdA en GroenLinks wordt zo’n verplichting voorgesteld. ‘Bedrijven worden verplicht om over hun internationale activiteiten te rapporteren in het Jaarverslag’ laat de PvdA dan ook in haar programma weten. GroenLinks pleit voor een Wet op Consumenteninformatie die voorschrijft dat producten zijn voorzien van informatie over samenstelling, productiewijze en duurzaamheid. Ook wil GroenLinks een jaarlijkse rapportage van bedrijven over hun milieuprestaties, maar de sociale prestaties blijven – vreemd genoeg – ongenoemd.
Ook andere partijen vinden maatschappelijke rapportage van bedrijven belangrijk. Het CDA ziet vooral heil in ‘zelfregulering in internationaal verband’. D66 spreekt zich niet uit over een mogelijke verplichting, maar wil wel ‘openbare, controleerbare verslaglegging’ en dreigt met wetgeving als bedrijven daarmee niet opschieten. De ChristenUnie wil dat ‘de overheid bevordert dat bedrijven zich verantwoorden voor de sociale en ecologische gevolgen van hun activiteiten’. De SGP wil ‘bezien of het wenselijk is’ grotere bedrijven te verplichten tot degelijke rapportage.
Soms haalt de politieke praktijk de verkiezingsprogramma’s in. Diverse partijen vragen in hun programma om maatregelen die Ybema al heeft aangekondigd. Toch kan dat geen kwaad. Al is het maar als aanmoediging om de gedane beloftes ook waar te maken.
Gerard Oonk
coördinator Landelijke India Werkgroep