Het in 1978 in een voormalig benzinestation opgerichte Ben & Jerry’s maakte naam met natuurlijke ingrediënten, eigenzinnige smaken (Cherry Garcia, Chubby Hubby) en een door Ben Cohen en mede-oprichter Jerry Greenfield gestimuleerde sociaal bewuste instelling.
Zo doneert het bedrijf jaarlijks 7,5 procent van de winst voor belastingen aan goede doelen. In 1984 ging het bedrijf naar de beurs. Ben & Jerry’s groeide uit tot een van de grootste onafhankelijke ijsbedrijven ter wereld. De sector IJs & Dranken was vorig jaar bij Unilever goed voor een omzet van 14,6 miljard, 16 procent van het totaal. Met Ben & Jerry’s wordt daar zo’n 540 miljoen aan toegevoegd.
Het grootste voordeel voor Ben & Jerry’s bij de overname is dat het ijsbedrijf kan profiteren van het uitgebreide distributienetwerk van Unilever. In de afgelopen jaren worstelden de Amerikanen met de verspreiding via branchegenoten als Dreyer’s en Häagen-Dazs, eigendom van de Britse voedings- en drankengigant Diageo. Binnen Unilevers ijsdivisie krijgt Ben & Jerry’s een aparte status, met een eigen raad van commissarissen. De oprichters blijven aan het bedrijf verbonden, al was gisteren nog niet duidelijk in welke rol. In een verklaring zeiden ze er echter op te rekenen dat hun bedrijf zijn sociale rol zal blijven spelen.