Stichting Vluchteling, de organisatie die wereldwijd opkomt voor de meest kwetsbare vluchtelingen, gaat met de start van het nieuwe schooljaar in Nederland, aandacht vragen voor kinderarbeid, in landen waar jonge mensen in plaats van naar school, de straat op, de fabriek in, en het land op worden gestuurd om wat extra geld bij te verdienen om het hoofd boven water te houden. De hashtag op sociale media voor deze campagne is #backtoschool.
‘Wat me altijd is bijgebleven, is een huilende vader die me vertelde over het moment waarop hij besefte dat het niet anders kon, dan zijn kinderen te laten werken voor de kost’, zegt Tineke Ceelen, directeur van Stichting Vluchteling.
Kinderen horen niet op straat
‘We helpen ouders, en sturen de kinderen terug naar school, waar ze horen’, zegt Tineke Ceelen, ‘het is moeilijk, en tijdrovend, en dus duur.’ ‘Maar het kan’, zegt ze, ‘en het moet’, voegt ze eraan toe, ‘want kinderen horen niet op straat, en niet te werken’. De nieuwe campagne van Stichting Vluchteling wil ook een bijdrage leveren aan meer bewustwording in Nederland over de dilemma’s van ouders in oorlogsgebieden. Want wat doe je als vader of moeder als je bijna geen geld meer hebt om te eten: geef je dan je laatste centen uit aan rijst en bonen of aan de school voor je kinderen?
168 miljoen kinderen moeten werken
Er zijn wereldwijd 168 miljoen kinderen die moeten werken, dat is meer dan 10 procent van alle kinderen. Het grootste deel hiervan werkt in de landbouw (60 procent). Ook in fabrieken werken veel kinderen. Naar schatting doen 50 miljoen jongvolwassenen (15-17 jaar) ook nog eens levensgevaarlijk werk, bijvoorbeeld in mijnen, op plantages en in textielfabrieken. Veel van hen zijn kinderen van vluchtelingen. Er zijn ongeveer 65 miljoen vluchtelingen in de wereld. De helft van hen zijn kinderen.