De Nederlandse economie groeide in 2017 met 3,1%. Dit is de hoogste groei in tien jaar. Minister van Economische Zaken en Klimaat Eric Wiebes: “De Nederlandse economie staat er goed voor, met een economische groei van 3,1% in 2017 en dezelfde groeiverwachting voor 2018. Daar mogen we best trots op zijn. Economische groei maakt het mogelijk dat we grote maatschappelijke uitdagingen zoals de energie- en klimaattransitie en de hoge kosten van de zorg kunnen betalen. Maar uiteindelijk willen we natuurlijk vooral dat Nederlanders de groei nu ook zelf merken.”
Groei breed zichtbaar
De groei was in 2017 breed zichtbaar. Zo gingen meer mensen langer werken en vonden 176.000 mensen afgelopen jaar een baan. Consumenten hebben vorig jaar 1,8 procent meer besteed dan in 2016, aan onder andere kleding, woninginrichting en elektrische apparaten. Het afgelopen jaar stegen de investeringen met 6% en werd bijvoorbeeld meer geïnvesteerd in woningen, in bedrijfsmachines en in personenauto‘s.
Vertrouwen industrie op hoogste niveau ooit
In januari 2018 bereikte het vertrouwen van de industriële ondernemers zelfs het hoogste niveau ooit. Ditzelfde gebeurde in Duitsland, een van de belangrijkste afzetmarkten voor de Nederlandse industrie.
Uitdagingen om groei te behouden
De economie draait goed. Maar er zijn ook risico’s voor de groei op korte termijn. Het Centraal Planbureau wijst bijvoorbeeld op de Brexit, het monetaire beleid van de Europese Centrale Bank en een groeivertraging van de Chinese economie.
Als we wat verder vooruit kijken, zien we dat de groeicijfers van 3% waarschijnlijk niet iets zijn om gewend aan te raken. Door het lage geboortecijfer en de vergrijzing groeit het arbeidsaanbod nauwelijks meer. Dus moeten we het voor onze bbp-groei steeds meer hebben van de verhoging van onze arbeidsproductiviteit. Dit vraagt om technologische ontwikkeling, innovaties en het slimmer organiseren van productieprocessen.
Ook de klimaatuitdaging heeft betekenis voor de groei. Wiebes: ‘Die kan de groei hinderen maar ook helpen. Ik ben wat dat betreft optimistisch gestemd: Als ik kijk naar onze uitgangspositie, dan zou Nederland meer dan gemiddeld in staat moeten zijn om zowel de transitiekosten laag te houden als maatschappelijke uitdagingen om te zetten in innovaties en verdienkansen.’