Bio in de bonus, twee-sterren vlees of ijs met een duurzaamheidslabel. Dergelijke acties gaan het verschil niet maken. Juist initiatieven die de huidige manier van voedsel produceren en consumeren op meerdere vlakken doorbreken brengen een gezond, eerlijk en duurzaam voedselsysteem in Nederland dichterbij. Dus niet alleen biologisch geproduceerd, maar ook rechtstreekse levering. Niet alleen minder stoken in de kas, maar ook samenwerken aan hightech innovaties. Dat is een van de conclusies van VOER- vaart maken met de voedseltransitie, het boek waarin Youetta Visser en Sandra van Kampen handvatten bieden aan iedereen die wil bijdragen aan een beter voedselsysteem in Nederland. Stap één: laat het idee los dat Nederland de wereld gaat voeden. Exporteer kennis in plaats van bulkvoedsel.
Doodlopende weg
De noodzaak voor een écht andere inrichting van ons voedselsysteem is evident. In verschillende landbouwsectoren stapelen de problemen zich op: schandalen in de veeteelt, oplopende welvaartsziekten als diabetes, klimaatverandering, bodemdegradatie en het aantasten van vogel- en insectenbestanden ontnemen steeds meer klanten de eetlust. Boeren zuchten onder het juk van de retailers die continu de prijs onder druk zetten. Doordat Nederland nog steeds vast blijft houden aan productieverhoging, meer kilo’s per vierkante meter maar dan duurzamer, vergroten we de problemen in de landbouw alleen maar. Hoogste tijd voor een transitie waarbij het roer echt omgaat. Eerlijker, in kortere ketens, met een goede prijs voor de boer, een andere financiering van onze landbouw en een meer plantaardig menu, om maar eens enkele elementen van zo’n transitie te noemen. De auteurs: “De vraag in dit boek was niet of en ook niet wanneer we moeten veranderen, maar vooral: hoe?”
Commercieel interessant
“De tijd van louter idealisme hebben we inmiddels achter ons gelaten”, menen de auteurs. “Vernieuwers zijn ook vaak renderende bedrijven met grote klantenbinding. De productie van plantaardige alternatieven voor vlees zijn nu al commercieel interessant. Toch beweegt de gevestigde orde maar langzaam mee en bestaat het gevaar dat duurzaamheid een niche blijft.” De vraag of initiatieven als viswijzers, vegaburgers en bloemrijke akkerranden ook tot een omslag leiden naar een gezond systeem, legden de auteurs ook voor aan 22 vernieuwende wetenschappers, beleidsmakers, boeren, ondernemers, koks, onderwijsmensen en banken. Mensen als Flor Avelino (Erasmus Universiteit), Jeroen Klompe (akkerbouwer Hoeksche Waard), Lisette Kreischer (veganistisch ondernemer), John Grin (UvA), Ruud Zanders (directeur Kipster), Jaring Brunia (melkveehouder), Krispijn van den Dries (oprichter BioRomeo) en vele anderen, deelden hun ervaringen. Samenwerking tussen verschillende vernieuwers in een regionale keten lijkt goed te werken. De Rabobank ziet nu ook ruimte voor andere financieringsmodellen en het van oudsher traditionele groene onderwijs verandert langzaam mee. Velen doen een klemmend beroep op het rijk om de transitie te bespoedigen, verouderde regels en subsidiesystemen aan te passen. Ondertussen nemen provincies al steeds meer het voortouw in de voedseltransitie.
Het is de hoogste tijd dat vernieuwende boeren, ondernemers en consumenten opstaan om de kanteling naar een eerlijk voedselsysteem kracht bij zetten. Als Nederland gaat excelleren op duurzaamheid en die kennis ook exporteert, is de Nederlandse landbouw weer iets om trots op te zijn.
Bestel het boek hier online