De Fashion Revolution Transparency Index 2017 laat een schokkend beeld zien: het merendeel van de 100 grootste internationale kledingmerken is nog steeds niet transparant over hoe hun kleding gemaakt wordt. Vandaag, 24 april, is het 4 jaar geleden dat in Bangladesh de Rana Plaza kledingfabriek instortte, 1133 mensen om het leven kwamen en honderden arbeiders gewond raakten. Om hier bij stil te staan is het van 24 t/m 30 april 2017 Fashion Revolution Week. In meer dan 100 landen vinden activiteiten plaats om bewustwording te creëren en een transparante kledingindustrie te realiseren met #WhoMadeMyClothes. Fashion Revolution Netherlands organiseert 24 april de Fashion Revolution Talks in het World Fashion Centre Amsterdam, voert online campagne en presenteert de Transparency index.
Jos Cozijnsen, coördinator van de Nederlandse tak van Fashion Revolution: “Als je kleding koopt heb je het recht te weten of je meebetaalt aan uitbuiting, schending van de mensenrechten en milieuvervuiling. Wat gebeurt er allemaal tijdens de productie dat het daglicht niet kan verdragen?” De internationale organisatie Fashion Revolution vraagt om meer transparantie in de kledingindustrie, over zowel de arbeidsomstandigheden als de milieu-impact, dan kunnen bedrijven, regeringen, maatschappelijke organisaties en consumenten hierop actie ondernemen. Fashion Revolution stelt vast dat als een bedrijf antwoord kan geven op de vraag Wie maakt mijn kleding? en dit kan onderbouwen, het over het algemeen beter zorgt voor zijn kledingarbeiders en het milieu.
Nog een lange weg te gaan
Zelfs de best scorende merken in de Transparency Index 2017, zoals Reebok, Adidas, Marks & Spencer, H&M, Banana Republic, Gap, Old Navy en Puma hebben nog een lange weg te gaan. Deze bedrijven ondernemen meer actie om een transparant beleid te realiseren en zijn beter controleerbaar. Gemiddeld scoorden de bedrijven 49 van 250 punten, minder dan 20% van het totale aantal te behalen punten.
Ook goed scorende bedrijven kunnen nog steeds, door onder andere overproductie, een negatieve impact hebben op het milieu. De kledingindustrie is tot op de dag van vandaag de op één na meest vervuilende industrie ter wereld vanwege de CO2-uitstoot en het gebruik van grondstoffen, water, vervoer en de hoeveelheid aan productie.
Positieve ontwikkeling
Het goede nieuws is dat 32 bedrijven, waaronder ASOS, Benetton, C&A, Esprit, Gap, Marks & Spencer, North Face en Timberland, inzicht geven in gegevens van de fabrieken waarvan zij gebruik maken. In 2016 waren dit er slechts vijf. Geen enkel merk publiceert echter waar de gebruikte grondstoffen precies vandaan komen.
Cozijnsen: “Feitelijk zouden de kledingbedrijven de hele productieketen van katoenplantage tot kassa transparant moeten maken. Kledingbedrijven laat maar eens zien wat je bijdraagt aan een betere situatie voor kledingarbeiders en milieubescherming? Duurzame merken laten dit al zien door openheid te bieden over hun productieprocessen en foto’s op social media met #IMadeyourclothes te plaatsen. “
24 april – Fashion Revolution Talks – World Fashion Centre Amsterdam
Op 24 april presenteert Fashion Revolution Netherland de Transparency Index 2017 tijdens de Fashion Revolution Talks in het World Fashion Centre Amsterdam. Keynote speaker is Europarlementariër Agnes Jongerius, net terug uit Bangladesh. De Schone Kleren Campagne en de Landelijke India Werkgroep reageren op de Index evenals de SER, verantwoordelijke voor het Kledingconvenant, Jos Huber van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Fair Wear Foundation. Samen met de andere aanwezigen gaan Margot Span van Advocaten in de Mode en Trendwatcher Gaby Fecken van Gestel in op de vraag: Hoe bevorder je als bedrijf transparantie en betere omstandigheden?