De Nederlandse veehouderij kan haar positie als belangrijke gebruiker van Zuid-Amerikaanse soja inzetten om de verduurzaming van de sojateelt in Brazilië en Argentinië, te vergroten. Het aandeel duurzame sojateelt neemt toe, nu hieraan ook op Europees niveau door de diervoederindustrie ambities worden gesteld. Nederland is daarbij een belangrijke aanjager. In de komende decennia blijven Nederland en Europa nog sterk afhankelijk van Zuid-Amerikaanse soja. Daarom is het van belang dit op een duurzame wijze te organiseren. Dit concludeert ABN AMRO in het rapport ‘Alternatieven voor de Zuid-Amerikaanse soja-import: de kansen en beperkingen’, dat vandaag wordt gepubliceerd.
Nederlandse veehouderij afhankelijk van Zuid-Amerikaanse soja
De Nederlandse veehouderij is in de afgelopen decennia sterk afhankelijk geworden van Zuid-Amerikaanse soja. Door de Amsterdamse en Rotterdamse haven is Nederland na China de grootste importeur van soja. China importeert voor eigen gebruik, terwijl Nederland vooral een doorvoerfunctie heeft. Nederland importeert jaarlijks ruim 8 miljoen ton soja, waarvan driekwart afkomstig is uit Zuid-Amerika. Van alle soja die Nederland importeert, wordt bijna driekwart doorgevoerd, vooral naar Duitsland en België. 1,8 miljoen ton wordt gebruikt door de Nederlandse veehouderij.
Steeds grotere aandacht in Nederland voor duurzame soja
Het gebruik van soja in diervoeders staat ter discussie vanwege de negatieve effecten op ecosystemen in vooral Brazilië en Argentinië. De impact van sojateelt op het milieu en de sociale omstandigheden in deze productiegebieden zorgen ervoor dat de aandacht voor duurzame soja toeneemt. In Nederland zijn de eerste stappen naar verduurzaming van de soja-import volgens ABN AMRO al gezet. Zo is de melkveehouderij dit jaar volledig omgeschakeld naar duurzame soja. In de varkens- en pluimveesector is deze omschakeling gerealiseerd binnen vleesconcepten en voor de binnenlandse afzet. Ook de eiersector boekt veel vooruitgang. Het uiteindelijke doel is de volledige productie te verduurzamen, ook die voor exportmarkten. ABN AMRO benadrukt dat hiervoor een gelijkwaardig Europees speelveld belangrijk is.
Na Nederland schakelt ook Europese diervoederindustrie om naar duurzame soja
ABN AMRO verwacht dat ook in de rest van Europa meer aandacht komt voor de verduurzaming van import-soja, nu de Europese koepelorganisatie van diervoederproducenten Fefac dit omarmt. “Naast verduurzaming van soja wordt ook gezocht naar vervangende eiwitbronnen van Europese bodem. De import van grondstoffen brengt de mineralenhuishouding uit balans en maakt Europa gevoelig voor bijvoorbeeld valutaschommelingen. De investeringen in alternatieve eiwitten groeien sterk. De omvang is weliswaar nog beperkt en de technieken vaak kostbaar, maar het belang hiervan zal de komende jaren groeien”, aldus Pierre Berntsen, Directeur Agrarische Bedrijven van ABN AMRO. “De komende decennia zijn we nog sterk afhankelijk van import van soja. Het is dan ook van belang dat we deze aanvoer op een duurzame wijze organiseren.”
Het volledige rapport is hier te downloaden.