De duurzaamheidplannen van de meeste bedrijven zijn crisisbestendig en de ambities reiken steeds verder. 41% van de Nederlandse ondernemingen vindt dat ze sinds het uitbreken van de crisis méér aandacht besteden aan het verduurzamen van hun producten en processen dan voordien. Twee derde zegt niet van de eerder geformuleerde plannen te zijn afgeweken. Bovendien betrekken 6 van de 10 ondernemingen klanten, medewerkers, leveranciers en aandeelhouders actief bij het ontwikkelen en uitvoeren van hun duurzaamheidsbeleid.
Dit zijn enkele opvallende uitkomsten van de eerste Nationale Duurzaamheidsmonitor. Een onderzoek dat op initiatief van Search, een ingenieurs- en adviesbureau, laboratorium en opleidingsinstituut, tot stand is gekomen. Vanmiddag, net voor de Dag van de Duurzaamheid (10-10), zijn de resultaten van de Nationale Duurzaamheidsmonitor op een druk bezochte bijeenkomst in De Hermitage in Amsterdam gepresenteerd.
Bestuurders geven inzicht in duurzaamheid organisaties
De afgelopen maanden gaven 893 bestuurders van Nederlandse ondernemingen aan hoe ze aankijken tegen duurzaamheid en hoe ver ze zijn met de organisatorische en procesmatige aanpassingen. En wat dit betekent voor hun winstverwachting, kostenpatroon en continuïteit. Het resultaat is een unieke momentopname van de stand van zaken in duurzaam ondernemend Nederland. Anne-Marie Rakhorst, algemeen directeur van Search en initiatiefnemer, kondigde aan het onderzoek in de toekomst te willen herhalen. ‘Door de Nationale Duurzaamheidmonitor weten we nu hoe in de bestuurskamers over duurzaamheid wordt gedacht. Een dergelijk onderzoek is vooral waardevol als je ontwikkelingen kunt blijven monitoren. Wat mij betreft wordt dit het ijkpunt voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen.’
Duurzaamheid steeds vaker van strategische waarde
Aan duurzaamheid wordt tegenwoordig een grote strategische waarde toegekend. Dat blijkt uit meerdere uitkomsten van het onderzoek. Niet alleen zijn de plannen en ambities dus bestand tegen het heersende crisisgevoel, de marktvraag naar duurzaam geproduceerde goederen en diensten is volgens de respondenten juist met 62% gestegen. Een andere aanwijzing: bij drie kwart van de ondernemingen beheert de directie zelf het MVO-dossier en voelen bestuurders zich persoonlijk verantwoordelijk voor een goede uitvoering ervan.
Overige uitkomsten:
- Veel kansen op kostenbesparingen blijven onbenut. Een meerderheid van de ondervraagde bedrijven besteedt in het gevoerde duurzaamheidsbeleid (nog) geen aandacht aan de zaken die de meeste efficiëntie- en kostenvoordelen opleveren. Nog maar 43% is bezig met het reorganiseren van aan- en afvoerstromen en slechts 26% zet slimme ICT in bij het realiseren van de duurzaamheidsdoelen. Een derde is bezig met het energiezuiniger en mensvriendelijker (her)inrichten van de huisvesting.
- Meten is nog lang niet altijd weten. Een derde van de ondernemingen meet alle duurzame doelen. 46% volstaat met het gestructureerd in kaart brengen van een deel ervan. Dit botst met de uitkomst dat de helft van de ondernemingen aangeeft dat toezichthouders vaker vragen om een cijfermatige onderbouwing van MVO-plannen en van wat al is gerealiseerd.
- Méér dan zuinig met energie alleen. Drie kwart van de respondenten noemt het terugdringen van het energieverbruik als één van hun belangrijkste prioriteiten. Maar 6 op de 10 ondernemingen zet daarnaast in op het vergroten van de betrokkenheid van eigen medewerkers bij de ontwikkeling en uitvoering van MVO-plannen. Twee derde zegt ernaar te streven klanten, leveranciers en aandeelhouders nauwer te betrekken.
- Een gedeelde duurzaamheidsambitie is een bindende factor. In bijna de helft van de Nederlandse ondernemingen kent iedereen in de organisatie de MVO-doelen en zijn de respondenten ervan overtuigd dat deze ook leven onder de medewerkers. 61% biedt medewerkers de gelegenheid om hun meningen en ideeën in te brengen.