Naar schatting gebruiken we nu 1,75 keer de hoeveelheid natuurlijke hulpbronnen die de aarde duurzaam kan genereren [1]. Bij een groeiende wereldbevolking kan dit gebruik zelfs oplopen tot 2,5 keer de hoeveelheid hulpbronnen. In een wereld waar de druk op natuurlijke hulpbronnen steeds toeneemt, wordt een focus op “natuurlijk kapitaal” steeds belangrijker. Wat is natuurlijk kapitaal en hoe creëren we een toekomst waarin zowel de natuur als de mensen kunnen floreren? Martine van de Laar, Global Leader Natural Capital bij Philips, is binnen Philips verantwoordelijk voor het ‘Natural Capital’- programma. Ze vertegenwoordigde het bedrijf tijdens COP16.

Het belang van Natuurlijk Kapitaal

We vertrouwen allemaal op de natuur: onze samenleving, economie en bedrijfsleven zijn fundamenteel afhankelijk van de natuurlijke hulpbronnen. Tegelijkertijd staat de veerkracht van dit zogenoemde ‘natuurlijk kapitaal’ onder druk, door klimaatverandering en een veranderende biodiversiteit. Tijdens de Conference of the Parties (COP16) in Colombia, kwamen in oktober vertegenwoordigers van 196 landen van de Verenigde Naties (VN) en ruim drieduizend bedrijven, waaronder Philips, bijeen om het verlies van natuur een halt toe te roepen en om te buigen. “Dat zoveel bedrijven bereid zijn zich te committeren om de natuurcrisis aan te pakken is bemoedigend, en belangrijk,” zegt Martine.

Holistische aanpak voor toekomstbestendig ondernemen

Waar het in het publieke debat vaak gaat over het beperken van de uitstoot van CO2 om klimaatverandering tegen te gaan, zijn er op het gebied van natuurlijk kapitaal nog veel stappen te maken. “Dit begint met het besef dat alles met elkaar verbonden is. Neem het voorbeeld van CO2: door een hogere uitstoot, stijgt de temperatuur op aarde. En dit is een van de vijf oorzaken van biodiversiteitsverlies. Door de hogere temperaturen moeten steden en daarmee ook productielocaties gekoeld worden, waar ook weer energie, grondstoffen en water voor nodig zijn. Wat weer kan zorgen voor meer druk op het natuurlijk kapitaal en CO2-uitstoot”, zegt Martine.

“Terwijl de natuur ook een ‘gratis’ koel-service levert: bomen. Bomen nemen CO2 op, reduceren zo de aanwezigheid van dit broeikasgas, maar door ontbossing verliezen we steeds meer van deze functie. Hierdoor neemt de uitstoot, en ook de opwarming van de atmosfeer, toe. Klimaatverandering moeten we dus holistisch bekijken om het complete klimaatplaatje te zien. “Dit betekent dat we naast het omlaag brengen van onze CO2-uitstoot om klimaatverandering tegen te gaan, ook natuurverlies moeten aanpakken, door bescherming en herstel.”

Natuurlijk Kapitaal en ecosystemen behouden

Als voormalig advocaat op het gebied van overnames en acquisities, zag Martine dagelijks hoe economische groei kan bijdragen aan maatschappelijke welvaart. Tegelijkertijd deed haar passie voor duurzaamheid zich afvragen wat de invloed van deze economische groei op de natuur is. Ze besloot haar passie te volgen, en werd binnen Philips verantwoordelijk voor het ‘Natural Capital’- programma, een programma om de impact van de bedrijfsvoering op de natuur te verlagen. Het programma is een toevoeging aan de reeds bestaande duurzaamheidsprogramma’s die zich richten op klimaat en circulariteit. Het richt zich op het in kaart brengen van Philips’ druk op natuurlijk kapitaal, het verbeteren van biodiversiteit en ecosystemen in de waardeketen. Voorbeelden hiervan zijn het verduurzamen van het gebruik van water, chemicaliën en materialen.

Natuurlijke oplossingen op de Best Campus

Om de impact op de natuur te meten, past Philips de internationaal erkende LEAP [2] -methode toe: Locate, Evaluate, Asses, Prepare. “Hiermee hebben we de ecologische voetafdruk in kaart gebracht van onze drieëntwintig productielocaties”. Vervolgens konden er doelen gesteld worden om deze impact te reduceren. “Een belangrijke vraag die we onszelf stellen om de impact van onze productielocaties te reduceren is: hoe zou deze locatie eruitzien zonder onze productie? Op sommige plekken is de ecologische waarde van onze locatie al flink verbeterd”. Zo is er op de Campus in Best jaren geleden geïnvesteerd in groenvoorzieningen, een ‘dwalingstuin’, met een diversiteit aan inheemse planten en dienen natuurlijke wadi’s als waterbassin in het geval van overstromingen.

Positieve impact op de toekomstige natuur en biodiversiteit

De grootste impact zit hem echter in de waardeketen. “Hier moeten we steeds de vragen stellen, wat zit er in het product, waar komt het vandaan, en wat is de impact?” Om de impact in de gehele keten goed in kaart te brengen, is er nog een grote stap te gaan. “In een ideale wereld, past iedereen de LEAP-methode toe om de impact te meten, om samen te kunnen werken naar een ‘natuurpositieve toekomst’.” In een natuurpositieve toekomst, wordt een toekomst gecreëerd waarin zowel de natuur als de mens floreren. “Want als onze planeet niet gezond is, hoe kunnen wij dat dan wel zijn?”

Bedrijfsleven essentieel in behalen nationale plannen

Tijdens COP16 kwamen landen bijeen om de doelstellingen die in de Kunming-Montreal Overeenkomst zijn afgesproken, verder uit te werken. “De taak is aan nationale overheden om ervoor te zorgen dat deze doelstellingen worden gehaald. Zo zal het nodig zijn om milieubewuste bedrijfsvoering te stimuleren, door bijvoorbeeld circulair en regeneratief design te promoten om minder afhankelijk te zijn van de mijnbouw van rauwe materialen”, zegt Martine. De medewerking van bedrijven en sectoren is daarbij essentieel. “Wij hebben met onze duurzaamheidsprogramma’s een voorbeeldfunctie in de sector. We kijken hier al holistisch naar. Klimaat, natuur en gezondheid zijn nauw met elkaar verbonden.”

Bronnen

[1] Bron: Global Footprint Network
[2] Afkomstig van de Tasforce on Nature-related Financial Disclosures (TNFD)