De beddengoed start-up Wocha lanceert een vernieuwde collectie katoenen satijnendekbedovertrekken, ditmaal gemaakt van 100% biologisch katoen. Met de verplaatsing van hun productie naar India zet Wocha een belangrijke stap richting duurzaamheid.
Het katoenen beddengoed van Wocha wordt nu vervaardigd zonder gebruik van schadelijke chemicaliën. Deze keuze heeft niet alleen voordelen voor de kwaliteit van het beddengoed, maar ook voor de grond en de gezondheid van de boeren. “De biologische katoen vezels zijn langer en sterker, wat resulteert in hoogwaardige garen”, legt Charlotte Kimman, medeoprichter van Wocha uit. Met de overstap naar biologisch katoen is nu de gehele collectie beddengoed van Wocha duurzaam.
Kortere supply chain en betere kwaliteit
Wocha heeft hun productielocatie verplaatst van Portugal naar India om dichter bij de katoenbron te zijn en tegelijkertijd hun productieketen te verkorten. Met een jaarlijkse productie van ongeveer 6 miljoen ton katoen, beschikt India over technologisch geavanceerde fabrieken die voldoen aan de hoge kwaliteitseisen van Wocha. Deze fabrieken zijn in staat om een hoge garentelling te produceren, wat leidt tot fijner en zachter beddengoed. “Het was een spannende stap om Europa te verlaten, maar het voelde goed omdat katoen geteeld wordt in India en niet in Portugal,” vertelt Charlotte. Tijdens de overstap naar India heeft Wocha de kans benut om hun eigen katoenen stof te perfectioneren. Met hun groeiende expertise en controle over de productie, kan Wocha hun klanten nu een nog betere slaapervaring bieden.
Bijdragen aan sociale doelen
Wocha zet zich niet alleen in voor duurzaamheid, maar draagt op sociaal vlak ook bij. Reststoffen van de fabriek worden omgezet in beddengoed dat geschonken wordt aan goede doelen. Vorig jaar doneerde Wocha beddengoed aan het Armoedefonds en deze maand zal de LINDA.foundation steun ontvangen vanuit deze duurzame initiatieven. “Onze missie gaat verder dan enkel duurzaam en comfortabel beddengoed maken,” zegt Charlotte. “We willen een positieve impact hebben op de hele keten, van katoenboer tot consument”.