Nederlandse bedrijven tonen een sterk toenemende interesse in tweedehands leaseauto’s. Dat blijkt uit de Arval Mobility Observatory Mobility & Fleet Barometer 2024. Deze jaarlijkse survey, uitgevoerd door Ipsos onder 8.605 bedrijven in Europa, waaronder 300 in Nederland, biedt waardevolle inzichten in de trends binnen de Nederlandse mobiliteitssector.
Momenteel gebruikt slechts één op de vier Nederlandse bedrijven tweedehands leasevoertuigen, wat onder het Europese gemiddelde van 41 procent ligt. In totaal geven maar liefst acht op de tien bedrijven aan dat ze binnen de komende drie jaar tweedehands lease voertuigen gaan gebruiken of overwegen te gaan gebruiken. Wanneer gevraagd wordt voor welke periode deze auto’s worden ingezet is dit voor 30 procent van de ondervraagden voor korte of middellange termijn.
Een oorzaak hiervoor kan volgens Arjos Bot, Head of Arval Mobility Observatory in Nederland, gevonden worden in de verwachte toestroom van Battery Electric Vehicles (BEV’s) uit de zakelijk lease. “In 2024 verjaart een grote hoeveelheid aan vier à vijf jaar oude volledig elektrische leaseauto’s. Het onderhoud van BEV’s is voorspelbaar en de kosten hiervan zijn relatief laag. Zakelijk gezien zijn deze voertuigen tot een leeftijd van 60 maanden vanwege de lagere bijtelling voordelig voor de berijder. Voor particuliere eigenaren blijven BEV’s tot zeker 2031 interessant door de geleidelijke afbouw van de korting op wegenbelasting. Dit betekent dat BEV’s die vier jaar geleden op de markt zijn gekomen nu een zeer interessante optie zijn voor bedrijven en particulieren.”
Hoge aanschafprijs grootste drempel om nieuwe BEV te rijden
Voor 34 procent van de respondenten is de hogere aanschafprijs van nieuwe, volledig elektrische, voertuigen ten opzichte van gewone brandstofauto’s de belangrijkste reden om niet voor elektrische auto’s te kiezen. Deze drempel is hoger dan de beschikbaarheid van voldoende laadpunten zowel openbaar als thuis, waarvan slechts één op de vier respondenten aangeeft dit als een drempel te ervaren. Dit percentage ligt lager dan in andere Europese landen, wat wijst op een geleidelijke normalisatie van elektrisch rijden in Nederland.
