De Europese Raad heeft vandaag de richtlijn inzake de zorgvuldigheidseisen voor duurzaam ondernemen formeel aangenomen, de Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD of CD3D). Dit is de laatste stap in de besluitvormingsprocedure.
De vandaag aangenomen richtlijn voert voor grote ondernemingen verplichtingen in met betrekking tot de negatieve effecten van hun activiteiten op de mensenrechten en de milieubescherming. Ook worden de aan deze verplichtingen verbonden aansprakelijkheden vastgesteld. De regels hebben niet alleen betrekking op de activiteiten van de bedrijven, maar ook op die van hun dochterondernemingen en die van hun zakenpartners in de keten van activiteiten van de bedrijven.
“Grote bedrijven moeten hun verantwoordelijkheid nemen in de overgang naar een groenere economie en meer sociale rechtvaardigheid. De richtlijn inzake Corporate Sustainability Due Diligence geeft ons de mogelijkheid om sancties op te leggen aan actoren die hun verplichtingen niet nakomen. Het is een concrete en belangrijke stap in de richting van een betere leefomgeving voor iedereen.” – Pierre-Yves Dermagne, Belgisch vicepremier en minister van Economie en Werkgelegenheid
Toepassingsgebied, activiteiten en wettelijke aansprakelijkheid
De richtlijn zal van invloed zijn op bedrijven met meer dan 1000 werknemers en een omzet van meer dan 450 miljoen euro, en op hun activiteiten, variërend van de productie van goederen of de levering van diensten tot de distributie, het vervoer of de opslag van producten. Bedrijven waarop de vandaag aangenomen wetgeving van toepassing is, moeten een risicogebaseerd systeem invoeren en implementeren om de door de richtlijn vastgestelde schade aan mensenrechten of het milieu te monitoren, te voorkomen of te herstellen.
De richtlijn verplicht bedrijven ervoor te zorgen dat de verplichtingen op het gebied van mensenrechten en milieu in hun hele activiteitenketen worden nageleefd. Als een schending van deze verplichtingen wordt vastgesteld, moeten bedrijven passende maatregelen nemen om de negatieve gevolgen voor hun eigen activiteiten, die van hun dochterondernemingen en die van hun zakenpartners in hun keten van activiteiten te voorkomen, te beperken, te beëindigen of tot een minimum te beperken. Bedrijven kunnen aansprakelijk worden gesteld voor de veroorzaakte schade en zullen volledige compensatie moeten bieden.
Bedrijven waarop de richtlijn van toepassing is, zullen ook een klimaatveranderingsplan moeten aannemen en uitvoeren in overeenstemming met de Overeenkomst van Parijs inzake klimaatverandering.
Volgende stappen
Nu de Raad vandaag het standpunt van het Europees Parlement heeft goedgekeurd, is het wetgevingsbesluit vastgesteld.
Na ondertekening door de voorzitter van het Europees Parlement en de voorzitter van de Raad zal de richtlijn worden bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie en in werking treden op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking.
De lidstaten hebben twee jaar de tijd om de regelgeving en administratieve procedures te implementeren om aan deze wetstekst te voldoen.
De richtlijn zal van toepassing zijn afhankelijk van de grootte van de bedrijven volgens dit tijdschema:
- 3 jaar vanaf de inwerkingtreding van de richtlijn voor bedrijven met meer dan 5 000 werknemers en een omzet van 1 500 miljoen euro
- 4 jaar vanaf de inwerkingtreding voor bedrijven met meer dan 3 000 werknemers en een omzet van 900 miljoen euro
- 5 jaar vanaf de inwerkingtreding van de richtlijn voor bedrijven met meer dan 1 000 werknemers en een omzet van €450 miljoen
Gisela ten Kate (MVO Platform): “Al sinds de oprichting van het MVO Platform, bijna 25 jaar geleden, pleiten wij voor een wettelijke norm voor verantwoord ondernemen in productieketens. De CSDDD maakt dat nu werkelijkheid en dat betekent veel voor mensenrechten en het milieu. Bedrijven zullen nu eindelijk de omslag naar duurzaam ondernemen moeten maken die zo urgent en nodig is; verantwoord ondernemen wordt chefsache.”