Tijdens de drukbezochte Strategiedag Chemelot Circulair heeft Chemelot de routekaart gepresenteerd naar klimaatneutraal produceren met circulaire grondstoffen, uiterlijk in 2050. Directeur Loek Radix heeft het eerste exemplaar overhandigd aan minister Micky Adriaansens van Economische Zaken en Klimaat. Chemelot is koploper qua verduurzaming in Nederland.

“Winnaars hebben een plan en dat heb ik vandaag gezien. Chemelot is een belangrijk cluster waar een megaklus begonnen is: een transitie met hoofdleters”, reageert minister Adriaansens. “Maar dat gaat niet vanzelf; voor de transitie is samenwerking cruciaal tussen bedrijven, overheid enkennisinstellingen. De industrie is voor veel mensen abstract, maar hier wordt het verschil gemaakt.
Het sentiment mag gekeerd worden en dat kan alleen door het belang van de industrie voor ons dagelijks leven samen uit te dragen.”

“We moeten met z’n allen in Nederland erkennen dat de verduurzaming van de basisindustrie een maatschappelijke uitdaging is en niet een probleem van individuele bedrijven”, benadrukt Loek Radix.

“De basisindustrie vormt het fundament onder het welzijn en de welvaart in onze samenleving. Kijk naar het snelle en sterke herstel in Duitsland en Japan na de Tweede Wereldoorlog, kijk naar de snelheid waarmee Zuid-Korea en China zich ontwikkeld hebben van ontwikkelingsland naar industriële grootmacht. De staat heeft het fundament onder deze ontwikkelingen gelegd, via
geregisseerde expansie van de basisindustrie. We moeten kost wat kost voorkomen dat we in Europa onderdeel gaan uitmaken van het omgekeerde experiment: systematische afbraak van de basisindustrie”, waarschuwt hij.

Dit is daarvoor essentieel volgens Radix:

  • consistent en op urgentie gericht overheidsbeleid is een harde randvoorwaarde. Kom niet voortdurend met nieuwe maatregelen, vaak als reactie op incidenten. Vergunningsprocedures moeten aanzienlijk versneld worden.
  • eerherstel voor multinationals, want het klimaatprobleem is niet kleinschalig. De sleutel tot de oplossing ligt bij grote multinationale ondernemingen. Die voelen in Europa en zeker in
    Nederland nogal wat vijandigheid. Er is absoluut geen onwil bij multinationals om het klimaatprobleem aan te pakken, maar de liefde moet wel van twee kanten komen. En met de
    liefde ook de middelen.
  • adequate infrastructuur, zoals een 380 kV-aansluiting, buisleidingen voor waterstof en ammoniak. Daarnaast zal ook het transport via water belangrijker worden. Chemelot heeft een eigen haven en de ontwikkeling van deze Port of Chemelot en de verbinding hiermee verdient prioriteit.
  • meer aandacht voor circulariteit: stimuleer de bedrijven die in staat zijn om het afval en de biomassa, die nu verbrand worden, in te zeten als circulaire grondstof. Bijvoorbeeld voor
    Chemelot.
  • geduld; het heeft ruim tweehonderd jaar geduurd om de industrie op te bouwen naar het punt waar we nu staan. Afbouw van die industriële ontwikkeling in Nederland kan enorm snel, maar lost het klimaatprobleem niet op. Ombouw van de industrie gaat niet vanzelf. Geef de basisindustrie in Nederland de tijd en de middelen voor een transitie naar klimaatneutraliteit, daar heeft niet alleen het klimaat maar ook de Nederlandse economie profijt van.