‘Bepaal met elkaar hoe we willen dat ons land er in 2050 uit ziet. Hoe we samenleven, hoe we onze beperkte ruimte gebruiken, hoe we geld verdienen. Maak vanuit daar een strategie voor een klimaatbestendig en klimaatneutraal Nederland in 2050.’ Dat is een van de hoofdaanbevelingen in het eerste advies van de Wetenschappelijke Klimaatraad (WKR) aan regering en parlement.
Veel te winnen met stevig klimaatbeleid
Nederland is een laaggelegen, waterrijk land dat kwetsbaar is voor klimaatverandering. De gevolgen daarvan voelen we overal: droogte op landbouwgronden, wateroverlast in regio en randstad en hitte in stedelijke gebieden. Ons land heeft er dan ook veel bij te winnen om stevig klimaatbeleid te voeren en zelf regie te voeren op hoe we willen dat Nederland er in de toekomst uitziet. Dat lukt met een toekomstbeeld over hoe we straks gezond en veilig willen samenleven, wonen en werken.
De minister voor Klimaat en Energie heeft de WKR gevraagd te adviseren voor het Klimaatplan 2025-2035, dat in 2024 klaar moet zijn. Het rapport ‘Met iedereen de transities in’ bevat aanbevelingen hiervoor, die gebaseerd zijn op recente wetenschappelijke inzichten uit verschillende vakgebieden.
Jan Willem Erisman, voorzitter van de WKR: “Klimaatbeleid begint met een aantrekkelijk en gezamenlijk toekomstbeeld. Maak vanuit daar keuzes die helpen om versneld klimaatneutraal en klimaatbestendig te worden. We staan voor een grote uitdaging, maar als we dit samen doen en daarbij breed kijken naar de samenhang tussen maatschappelijke opgaven kan het.”
Een aantrekkelijk toekomstbeeld
De WKR adviseert de regering om in het Klimaatplan een breed en gezamenlijk toekomstbeeld op een klimaatneutraal en klimaatbestendig Nederland centraal te stellen. Mensen maken zich zorgen over klimaatverandering, maar ook over energieprijzen, gezondheid en goede zorg, de kosten van de boodschappen, de natuur of de leefbaarheid van hun buurt. Vanuit dit beeld kunnen keuzes worden gemaakt in het hier en nu en prioriteiten worden gesteld. De Raad is van mening dat met name op de terreinen voedsel, energie en circulaire economie keuzes kunnen gemaakt waarmee het klimaatbeleid versterkt kan worden.
Versnellen richting 2040 creëert ruimte voor 2050
De overheid neemt wat de WKR betreft het voortouw om te zorgen dat we in 2040 het grootste deel van de uitstoot van broeikasgassen hebben gereduceerd. Zo is Nederland beter voorbereid op mogelijke tegenvallers en is er meer ruimte voor de moeilijkst te reduceren uitstoot tussen 2040 en 2050. Deze versnelling kan worden bereikt door transities op het gebied van voedsel, circulaire economie en energie aangezien daar de grootste uitstoot van broeikasgassen plaatsvindt. De precieze uitdaging is voor elke transitie anders, maar goede bestuurlijke samenwerking, een goede mix van beleidsinstrumenten en het stimuleren van duurzamer gedrag zijn volgens de Raad terugkerende succesfactoren.
De transitie rechtvaardig en van iedereen maken
Klimaatneutraal betekent dat er netto geen uitstoot van broeikasgassen plaatsvindt. Dat vraagt dus iets van iedereen. Daarom zijn rechtvaardigheid, oog voor bestaanszekerheid, en brede betrokkenheid van groot belang, ook van burgers en bedrijven die nu nog moeite hebben mee te doen.
Over het advies
In lijn met de Klimaatwet stelt het kabinet in 2024 een Klimaatplan 2025-2035 op, waarin het pad naar klimaatneutraliteit in 2050 centraal staat. De WKR is gevraagd om vanuit wetenschappelijke expertise advies te geven voor dit Klimaatplan. De Raad hanteert in een breed en interdisciplinair wetenschappelijk perspectief. Het eerste advies van de WKR heeft een brede scope en is op sommige onderwerpen agenderend van aard. Op sommige specifieke onderwerpen en aanbevelingen in het advies brengt de raad in de toekomst eigenstandig advies uit.