Terwijl grote vervuilende bedrijven voor honderden miljarden aan klimaatschade veroorzaken, keren ze gemiddeld 92% van de nettowinst uit aan hun grootaandeelhouders. Dat blijkt uit een rapport over 20 Nederlandse beursgenoteerde bedrijven van Milieudefensie, SOMO en Profundo. De vervuilers boekten sinds het klimaatakkoord van Parijs in totaal 317 miljard euro winst, maar dat enorme bedrag werd niet geïnvesteerd in klimaatplannen die in lijn zijn met de internationale klimaatafspraken.
Honderden activistische aandeelhouders bezoeken daarom met het rapport onder de arm de aandeelhoudersvergaderingen van grote vervuilende bedrijven. Op woensdag 10 april, nog voor de laatste zittingsdag in het hoger beroep van de Shell-zaak, vormt de aandeelhoudersvergadering van Ahold Delhaize de eerste etappe van het aandeelhoudersseizoen van Milieudefensie.
Parijs of de rechtbank
Winnie Oussoren, voorzitter Milieudefensie Jong: “Grote vervuilende bedrijven boeken monsterwinsten ten koste van onze samenleving en planeet. Ondertussen wordt de grootaandeelhouder slapend nóg rijker. Met honderden activistische aandeelhouders zeggen we tegen de CEO’s: houd je aan het klimaatakkoord van Parijs of we zien je, net als Shell en ING, in de rechtbank.”
Vervuilers kunnen verduurzaming zelf betalen
Ahold Delhaize sluisde sinds het klimaatakkoord van Parijs 12,8 miljard euro door naar aandeelhouders, bij ING ging het om 19 miljard euro. Aandeelhouders van Unilever konden zich helemaal in de handen wrijven met 45 miljard euro aan uitkeringen. Wouter Kolk, campaigner van Milieudefensie: “Dit rapport bewijst dat grote vervuilende bedrijven hun verduurzaming makkelijk zelf kunnen betalen, maar dat ze ervoor kiezen superrijke grootaandeelhouders nog rijker maken. Ondertussen houden ze hun hand op bij de overheid. Ronduit schaamteloos, middenin de klimaatcrisis.”
Klimaatplan in lijn met internationale afspraken
Activistische aandeelhouders van Milieudefensie eisen tijdens de aandeelhoudersvergaderingen dat bedrijven minimaal 48% minder CO2 uitstoten in 2030 ten opzichte van 2019. Eerder verplichtte de rechter Shell tot een drastische uitstootreductie in de baanbrekende klimaatzaak van Milieudefensie.