Hoe kijken Europeanen naar de klimaatcrisis? Hoe tevreden zijn zij met het klimaat- en milieubeleid in hun land? Wat is duurzaamheid hen waard? In verband met de VN-klimaattop in het Schotse Glasgow, heeft YouGov namens GROHE een representatief onderzoek uitgevoerd over dit onderwerp in zeven Europese landen, met uiteenlopende resultaten. Als sanitair merk dat al tientallen jaren duurzaamheid hoog in het vaandel heeft, zijn klimaatkwesties van cruciaal belang voor GROHE. Ruim de helft (64%) van de respondenten in Nederland weet dat de VN-conferentie over klimaatverandering plaatsvindt. Een vergelijking van respondenten uit alle zeven landen, waar het gemiddelde 56 procent is, laat zien dat Nederland op dit punt een voorloper is, samen met Italië (74%) en het Verenigd Koninkrijk (68%). In Duitsland ligt dit percentage op 49 procent en in Frankrijk op 59 procent. Bovendien is 54 procent van de Nederlanders niet of niet erg tevreden over het klimaat- en milieubeleid in hun land – een vergelijkbaar percentage met andere Europese landen.
Pessimisme over de 1,5 graad doelstelling
Op de vraag of de doelstelling van 1,5 graad nog haalbaar is, antwoordde 11 procent van de ondervraagde Nederlanders ‘ja, dat kan nog steeds’ – de meerderheid van 55 procent antwoordde hierop ‘nee’. In Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk wordt er net zo pessimistisch gereageerd en gelooft slechts 11 procent van de respondenten dat dit nog haalbaar is. Over het algemeen zijn respondenten uit stedelijke woonwijken in heel Europa optimistischer over deze kwestie dan mensen die in de gebieden buiten de steden wonen.
Duurzaamheid: ja! – maar het is de prijs die telt
Als het gaat om aankoopbeslissingen geeft 49 procent van de Nederlanders aan dat prijs daarin voor hen de prioriteit vormt. Gevolgd door duurzaamheid van het product als voornaamste prioriteit, namelijk met 38 procent. Interessant is dat in de leeftijdsgroep van 55 jaar en ouder meer mensen bereid zijn duurzaam te kopen. Binnen deze leeftijdscategorie stelde 45 procent duurzaamheid als prioriteit en 43 procent prijs bij het aanschaffen van een product.
In vergelijking met andere landen zien we dat Nederland zich in het midden bevindt, net iets achter Frankrijk. Daar zegt 49 procent van de respondenten aandacht te besteden aan duurzaamheid bij hun aankopen. Met 21 procent komt Rusland op de laatste plaats op het gebied van duurzaamheid, maar met 70 procent leidt het de landenevaluatie als het gaat om prijs als uitgangspunt voor aankoopbeslissingen. Gemiddeld vinden alle respondenten dat de prijs (53 %) de beslissende factor vormt bij het kopen.
Het motto bij het kopen van nieuwe producten: vermijd afval en plastic
Bij het kopen van nieuwe producten letten veel respondenten op of ze door de aankoop energie, afval, plastic of water kunnen besparen. In Nederland stond het besparen van energie en plastic op de eerste plaats met respectievelijk 57 en 54 procent, gevolgd door afvalbesparing met 50 procent. Water besparen en het besparen van CO2-uitstoot zijn met 36 procent even belangrijk.
Dat ligt in Denemarken heel anders. Daar is 53 procent emissiegevoelig. Frankrijk leidt de landenenquête op het gebied van energie- en waterbesparing in verband met nieuwe aankopen: 58 procent let op een laag energieverbruik en 47 procent houdt het waterverbruik in de gaten. Rusland scoort het laagste wat betreft bijna alle potentiële besparingen door nieuwe aankopen.
Beïnvloedende factoren op weg naar meer duurzaamheid
Op de vraag welke factor van cruciaal belang is voor een duurzamere toekomst, komen in Nederland drie aspecten naar voren die een even belangrijke rol krijgen toebedeeld: maatschappelijk verantwoord ondernemen (39%), overheidsregulering (38%) en persoonlijk handelen met 7 procent. Bij de jonge leeftijdsgroep, 18- tot 34-jarigen, en respondenten uit stedelijke omgevingen valt op dat maatschappelijk verantwoord ondernemen hier met respectievelijk 45 procent en 40 procent de meeste bijval krijgt. Oudere respondenten zeggen met 41 procent dat overheidsregulering een significante invloed heeft op een duurzamere toekomst. In andere Europese landen zien we een iets wisselender beeld. In landelijke woonwijken hecht 25 procent van de respondenten meer belang aan het eigen handelen. Rusland heeft met 28 procent de hoogste score voor het persoonlijk handelen. Italiaanse respondenten schrijven daarentegen de hoogste invloed factor toe aan overheidsregulering, namelijk 43 procent.
Inzet voor duurzaamheid is bedrijfsfilosofie
Met een toenemend bewustzijn van de schaarste aan hulpbronnen en de klimaatcrisis, zetten veel bedrijven zich in voor het thema duurzaamheid. GROHE omarmt dit onderwerp al sinds 2000 en legde al vroeg de basis voor een klimaat neutrale en hulpbronnen besparende circulaire economie. Thomas Fuhr, Leader Fittings, LIXIL International en Co-CEO Grohe AG legt uit: “Als onderdeel van de wereldwijd actieve LIXIL Corporation richt GROHE al zijn inspanningen op het naleven van de klimaatdoelstellingen die zijn overeengekomen in het Parijs-akkoord van 2015 en de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de VN. GROHE produceert al sinds april 2020 CO2-neutraal.”
“We houden rekening met het principe van de circulaire economie met innovaties zoals Cradle-to-Cradle-Certified producten, die materialen gebruiken maar deze niet verbruiken. Met producten zoals het watersysteem GROHE Blue maken we het ook mogelijk om plastic flessen te vermijden en zo het streven van de consument naar een duurzamere levensstijl te ondersteunen. Zo zorgt de SilkMove ES technologie niet alleen voor een soepele bediening van de kraan, maar ook voor het spaarzaam omgaan van water en energie. Doordat de middenpositie van de greep geen gemengd maar alleen koud water geeft, wordt onnodig warm watergebruik tegengegaan. Dit maakt het duidelijk: bedrijven zijn belangrijke drijfveren in de transformatie naar een regeneratieve toekomst en worden – zoals de onderzoeksresultaten laten zien – ook als zodanig ervaren. GROHE ondersteunt daarom actief de VN-klimaattop – omdat economische actie in harmonie met het milieu mogelijk en noodzakelijk is.”